dinsdag 16 maart 2010

Shrek en een logeerpartij waar het noviciaat niks bij zal zijn


Ooit shrek gezien? Dan ken je ook wel het nummer "I'm a believer" van "The Monkees" wat tot en met afgelopen zondag voor mij "Het aftitelingliedje van Shrek" van "Shrek" was. Wat gebeurde er zondag? Niet zoveel, behalve dat ik in een kerk was waar we dit "Shreknummer" zongen en voordat ik het wist er een traan over mn wang rolde. Wat bij mij ook bij één traan bleef omdat ik (a) mijzelf afvroeg hoe emotioneel geladen de tekenfilm Shrek ook alweer was en (b) ik over het algemeen niet zoveel van huilen hou en (c) omdat ik gewoon helemaal verwarring was dat we dit zongen i.p.v. iets met een orgel. Uit nieuwsgierigheid bekeek ik net op Youtube het laatste gedeelte van Shrek en gedachte (a) bleek niet van toepassing te zijn op deze situatie. Gedachte (c) wel, maar na het vinden van de songtekst (je gaat bijna denken dat ik me verveel hier in Zuid-Afrika) begreep ik dat mijn reactie niks met Shrek te maken had. Het nummer begint met deze woorden:

I thought love was only true in fairy tales
Meant for someone else but not for me.
Love was out to get me
That’s the way it seemed.
Disappointment haunted all my dreams.


Ja. Dit heeft weinig met een romantische liefde te maken. Ik dacht ‘als ik maar naar de andere kant van de wereld reis dan vind ik het vanzelf wel’, ontdek ik vanzelf wel wat die echte liefde en geliefd zijn betekent. Hmm, misschien een beetje, maar deze tekst was nog steeds confronterend. Blijkbaar.

Then I saw her(His) face, now I’m a believer
Not a trace of doubt in my mind.
I’m in love, I’m a believer!
I couldn’t leave her(Him) if I tried.


Morgen ga ik voor een paar dagen ‘logeren’ bij Khethiwe en daarna nog twee dagen bij Ncobile. Wat heeft dit met Shrek te maken? Weinig, behalve dat ik ook ga slapen in een hutje, op de grond, geen water heb, ga koken in een vuurtje, de wc een andere vorm heeft dan ik gewend ben en er nog meer rare beesten om me heenlopen dan hier op de base. (Ok toch best nog wat overeenkomsten). Maar iets anders dat me raakte is dat ik wel meer zou willen vertrouwen, er niet alleen over zou willen schrijven, maar het echt wil uitleven. Dat ik geen twijfel heb en bang ben om daar in het niks te leven, maar gewoon ga en geloof dat het ok is. Nog best lastig, maar ik ben benieuwd wat de komende dagen gaan brengen. Het noviciaat zal er niks bij zijn : )

zaterdag 13 maart 2010

Tussenin en honderdéénentwintig koeien


De afgelopen tijd heb ik maar weinig geschreven, zowel goed als slecht teken. Begin het hier bijna ‘druk’ te krijgen, op zn Afrikaans dan, maar heb aan de andere kant ook weinig tijd om alles een beetje te verwerken. Verder valt het schrijven me zwaar omdat ik nu in een soort van ‘tussenin’ periode zit met betrekking tot de taal. Ik denk in het Engels, praat in het Engels, hoor alleen maar Engels om me heen, maar als ik echt boos ben, geraakt of blij, dan begin ik opeens in het Nederlands te praten. Verder zit ik ook in een soort van ‘tussenin’ periode met mijn leven hier in Afrika. Aan de ene kant ben ik helemaal gesetteld hier, lijkt het leven in Nederland maar onwerkelijk, maar als ik echt boos ben, geraakt of blij dan mis ik mn vrienden.

Het leven op de base hier is enorm veranderd sinds alle teams weg zijn. Waar ik eerst een beetje achter alle teams kon aanhobbelen en gebeurtenissen mij in de schoot werden geworpen, heb ik nu meer de gelegenheid om op zoek te gaan naar mijn eigen rol. Woensdagmorgens behoren tot één van mijn favorieten, teatime in Kabokweni. Samengevat: veel thee, veel taart, veel vrouwen. Kan slechter. Vanuit het Nederlandse kader zou je denken dat hier dus ook ‘veel gepraat’ bij hoort. Dat is dus niet het geval, de Afrikaanse vrouwen zijn erg gesloten en helemaal wanneer het te persoonlijk wordt. Vorige week raakte me, we deden een rondje ‘dingen waarvoor ik dankbaar ben’. Het begon met “ik ben dankbaar dat mijn laptop het weer doet” vervolgens een “Ik ben dankbaar dat de bouw van het carecenter is gestart” waar vervolgens Lucy volgde “I’m thankfull to be alife’. Stilte. Dit was niet een "ik weet niet wat ik moet zeggen dus zeg ik maar iets dat voor de hand ligt". Dit was een "vier weken geleden lag ik op een matje, doodziek, stervend aan aids en op wonderbaarlijke manier genezen". Ik kijk de vrouw/meisje (leeftijd schatten is hier lastig, een meisje van 25 kan prima een gezin hebben van zes kinderen) in haar ogen en geloof het om eerlijk te zijn eigenlijk niet. Kom erachter dat het toch echt waar blijkt te zijn. Ik heb volgens mij geen idee wat deze woorden betekenen, maar probeer ze nog meer tot me te laten doordringen met dit verhaal in mijn achterhoofd: I’m thankfull to be alife! (Probeer het eens als je middenin een stressmoment zit en alles om je heen lijkt te mislukken)

(Even voor mam en nita een quote van Khethiwe tijdens de dankbaarheidronde: I’m thankfull for the mum and aunt of margreet, now I have new clothes and they sent me cards, I am very happy for that) So thanks mam en nita, wou dat je haar gezicht kon zien, betekende veel voor haar en mij.

De donderdagmiddagen behoren ook tot mijn favorieten, feeding in Dwaleni. Samengevat: enorm veel kinderen, eten, afwas, geknuffel, spelletjes (dit alles ‘enorm veel’) en sinds afgelopen donderdag ook huiswerk. Dit is iets wat ik in een soort van georganiseerde vorm wou gaan vormgeven, maar wat elke week weer mislukte. Afgelopen donderdag heb ik weer een nieuwe vorm van organiseren ontdekt. Het ging ongeveer zo: you margret, come, now. Yebo, werd onder een boom gedropt en voor ik het door had zat er een groep meisjes om mij heen, mij met vragende ogen aankijkende. Zij spraken geen woord Engels, ik geen woord Siswati, of ik ze even wat wou uitleggen over symmetrie, systemen en structuur. Het laatste is in het Nederlands één van mijn favorieten maar in Siswati werd het opeens wat lastiger. Met wat lesmateriaal ontwikkelt met een stok in het zand lukte het nog aardig, maar ik schrok wel van het niveau van de kinderen. Nu is de kans groot dat het aan mijn gebrekkige engelsiswatizanduitleg kan liggen, maar het maakte mij wel benieuwd hoe het er aan toe gaat op een school in de community. Ik heb wat rondgevraagd en volgende week ga ik als het goed is een dagje meelopen op een school, ben benieuwd!

Verder begin ik hier zelfs dankbaar te worden voor de eeuwige voetbalconversaties tijdens het eten thuis bij mijn familie, of beter gezegd, ons gezinsschema dat geheel en al om voetbal draaide. Met als resultaat dat ik dus nu leuke openingszinnen heb als: do you like soccer, yes, are you playing back or front. Ok, het stopt vaak hier, maar gelukkig beginnen zij dan vaak met het noemen van allerlei Nederlandse voetbalspelers en ik hoef alleen maar enthousiast te reageren en doen alsof ik ze ken. Zo begon mijn vriendschap met Stevin (even voor de duidelijkheid: 12 jaar) en hij werd mijn Siswatiteacher. Voor we het wisten hadden we een soort van schoolklas onder een mangoboom gecreëerd, vond het wel een grappig fenomeen, op deze manier was Stevin eigenlijk de jongere kinderen Engels aan het leren. De vertaling voor ‘How old are you’ in Siswati is wel opmerkelijk: ’twelve years old’…

Daarnaast heb ik afgelopen week de Zuid-Afrikaanse vlag 21 keer geschilderd op de gezichten van de kinderen in Mbonsweni bij de kick-off van een nieuw feedingsprogramma. Uiteindelijk werd met een crew van vijf kinderen mijn gezicht ook ongeveer in die richting beschilderd. Ook heb ik afgelopen week de ‘big five in one day’ gezien: olifant, luipaard, buffel, leeuw en neushoorn (+ zebra’s, apen en giraffen) en heb ik de big six in mijn koffer gesignaleerd. Een ware kikkerfamilie. Kikkers doen niet zoveel, maar het is gewoon minder fijn dat wanneer je een schoon t-shirt aan wil doen er een kikker uitspringt…

Op het moment sta ik voor een belangrijke keuze, ik kan óf 121 koeien naar huis sturen (het hoogste bod tot nu toe) óf zelf in het vliegtuig stappen.

Heb het allemaal nu even minder helder hoe en wat precies maar ik leer nog steeds veel hier, geniet van al het moois en hoorde laatst een mooie quote die dit ongeveer samenvat: “I need Africa more than Africa needs me (?)”

dinsdag 2 maart 2010

Apen op het aanrecht en een bijna-slumdogmillionairtoiletervaring


Het wordt weer eens tijd voor een korte update, maar heb weinig inspiratie om te schrijven. Raar want ik heb de meest bijzondere dingen gezien. Misschien wel omdat het niet te omschrijven valt. Ik ben net terug van een reis samen met pap door het oosten van Zuid-Afrika. Blyde River Canyon, Drakensbergen, Indische Oceaan, Ithala Game Reserve en Swaziland. Je kan hier zo ongeveer 256 pagina’s over volschrijven, zie de Lonely Planet… Bij deze reis hoorden ook kortingen op bekeuringen omdat we zo beleefd waren, apen op het aanrecht, enorm mooi uitzicht op de zee vanuit ons huisje, hagediswezens naast je bed, neushoorns op de weg, aardvarkens om je hut, krokodillen in de vijver, slapen in een uitvergrote bijenkorf en dansen met Zulu’s. Veel gezien en meegemaakt, soms onwerkelijk maar vooral heel erg mooi. Ook bijzonder om deze reis samen met pap te maken!

Wel naar af en toe was het verschil tussen blank en zwart, arm en rijk, toerist en geen toerist, waar ik nu nog meer mee geconfronteerd werd dan in de communities. Als toerist word je gedwongen om te gaan denken in wij/zij, of je het nou wil of niet. De zij willen geld van de wij. De wij zijn bang voor de zij. De wij zitten achter hekken, tralies, ingewikkelde alarmsystemen. De zij maken schoon bij de wij en de belangrijkste regel in dit hele systeem is dat de wij en de zij geen vrienden kunnen zijn. Er is een soort van omgekeerde Apartheid gaande en ik ben er nog niet uit waar de ‘macht’ nou precies ligt. De wij hebben geld, de zij hebben de meerderheid. Waar vroeger de zwarte bevolking tijdens de Apartheid werd opgesloten in townships en het verboden werd de straat op te gaan, zitten de blanken nu opgesloten achter enorme hekken, soms amper te onderscheiden van een gevangeniskamp en gaan met angstige ogen de straat op. Ik weet niet wie het er beter af zijn, maar ik wil wij noch zij zijn. Is er een midden waar wij/zij samen kunnen komen? Ik hoop dat dit zo kan zijn in de communities waar we elkaar meer als vrienden zien, elkaar nodig hebbende en waar huidskleur er (minder) toe doet…

Inmiddels ben ik weer terug op de YWAM base en voelt het als een nieuwe fase zo na mijn reis en zonder alle teams. Ik heb een soort van visie en ‘weekplan’ voor mijzelf opgesteld (ja toch) en ga morgen praten over de eventuele mogelijkheden.

Vandaag ben ik mee geweest naar een nieuwe community, de Masoya (als ik het goed schrijf) en wij/zij gaan een nieuw huis bouwen voor een jongen van zestien, wees, die in zijn eentje in een krot woont. Naast een beetje zand scheppen heb ik met de Afrikaanse ‘bouwvakkers’ gepraat over relaties en het belang van het hebben van één vrouw, ik snap werkelijk waar niet hoe ze dat kunnen, één vrouw is meer dan zat toch? Het was een interessant gesprek : ) Ook heb ik daar een soort van ‘bijna-slumdogmillionairtoiletervaring’ gehad (voor degene die de film gezien hebben). Ik moest erg nodig naar de wc en dook het huisje in dat naast de hut stond, het viel me op dat de vloer enorm scheef was maar ik vond het allang prima dat ik iets had. Toen ik terug kwam keken de bouwvakkers mij verbaasd aan ‘je bent toch niet echt naar die wc gegaan?’ ‘Eh ja’. (Gelach) ‘Die wordt niet meer gebruikt vanwege instortgevaar… Great ik ben zojuist bewaard gebleven voor een zwempartij in poep , this is Africa : )

Voor nu schijnt de zon hier nog steeds, hoewel we richting de herfst gaan, begin ik dus steeds meer mijn best te doen om het verschil in huidskleur tussen zwart en wit op te lossen en moet ik weer opnieuw leren te vertrouwen en tijd te nemen om stil te staan. Ik las net dit en vind het een mooie afsluiting, ook voor het gehaaste, drukke leven in Nederland (soms).

Capturing moments takes time! Time to see your dreams become reality, time to be more creative with your love life, time to capture the ideas that you were created to share with the world.
‘Nobody sees a flower – really – it takes time – we haven’t the time – and so to see takes time, like to have a friend takes time.’

‘Today’s colour is sunshine – spread it around!’